SCP: verhoging minimumloon heeft positief effect op inkomen, maar niet direct op gezondheid en welzijn

Inkomensbeleid en armoedebestrijding staan momenteel hoog op de politieke agenda, onder andere vanwege de hoge inflatie. Het kabinet heeft mede in dat kader op 1 januari 2023 het wettelijk minimumloon en de daaraan gekoppelde uitkeringen met 10 procent verhoogd. Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) onderzocht of deze verhogingen op korte termijn ook effect zullen hebben op gezondheid en welzijn. Kwaliteit van leven gaat immers over meer dan alleen het inkomen van mensen. Hoewel de financiële maatregel van het kabinet essentieel is om ervoor te zorgen dat niet meer mensen in armoede raken, blijkt uit het SCP-onderzoek dat, dat het binnen vier jaar geen verbetering in gezondheid of welzijn oplevert. Hiervoor is beleid kansrijker als het breder is dan alleen financieel of als het gericht is op risicogroepen.

Beeld: ©ANP / Lex van Lieshout

Uit eerder SCP-onderzoek bleek dat mensen in lagere inkomensgroepen gemiddeld een slechtere gezondheid en een lager welzijn hebben. Dit uit zich onder andere in verschillen in levensverwachting, gezondheid, medicijn- en zorggebruik en tevredenheid over het eigen leven. Het SCP onderzocht in het rapport dat vandaag verschijnt, of de verhoging van het minimumloon naast een effect op het inkomen, ook positief bijdraagt aan de gezondheid en het welzijn van mensen.

Mentale en fysieke gezondheid op korte termijn niet verbeterd

Uit het onderzoek blijkt dat 60 procent van de Nederlandse bevolking qua inkomen op enige manier profiteert van de kabinetsmaatregelen. Voor mensen uit de laagste inkomensgroepen is het effect het grootst: door de maatregel van het kabinet stijgen de tien procent laagste inkomens gemiddeld met 3,3 procent (in vergelijking met 0,2 procent voor de tien procent hoogste inkomen). Hoewel de verhoging van de minimumuitkeringen dus wel voor het grootste deel bij deze groep terechtkomt, laat het SCP-onderzoek ook zien dat dit binnen vier jaar niet of nauwelijks leidt tot een verbetering van hun mentale en fysieke gezondheid: het draagt gemiddeld niet bij tot minder medicijngebruik, minder geestelijke gezondheidszorg of een hogere tevredenheid over het leven. 
 

Effecten op de langere termijn 

Op de langere termijn zou de verhoging van het minimumloon wel positieve gezondheids- en welzijnseffecten kunnen opleveren, onder andere bij kinderen. Zij hebben mogelijk baat bij het gestegen inkomen van ouders. Bijvoorbeeld als ze daardoor meer kunnen sporten of minder stress hebben doordat er thuis meer financiële zekerheid is. Een substantiële vermindering van de verschillen in gezondheid en welzijn tussen inkomensgroepen is echter niet te verwachten. Het inkomenseffect door de verhoging van het minimumloon is hiervoor te klein in vergelijking met de huidige inkomensongelijkheid.
 

Gerichter beleid kan effectiever en doelmatiger zijn

Om gezondheids- en welzijnsachterstanden van de lage inkomensgroep terug te dringen lijkt financieel beleid dat zich specifiek richt op risicogroepen kansrijker dan het huidige, vrij generieke inkomensbeleid. Zo kunnen maatregelen om de schuldenproblematiek van mensen op te lossen er aan bijdragen dat mensen minder stress hebben; waardoor hun mentale gezondheid verbetert. Een belangrijke kanttekening is dat ook met gericht beleid, een hoger inkomen op zichzelf niet hoeft te leiden tot een verbetering in gezondheid of welzijn. Zo zou meer inkomen bijvoorbeeld ook kunnen leiden tot meer roken of alcoholconsumptie. 

Als beleid echt wil bijdragen aan een hogere kwaliteit van leven is er meer nodig dan inkomensmaatregelen alleen. Daarbij is kansrijk om ook in te zetten op maatregelen die bijdragen aan gedragsverandering, denk bijvoorbeeld aan het goedkoper maken van gezonde producten of het stimuleren van mensen om meer te bewegen.