Regionale verschillen in het sociaal domein: voorzieningengebruik nader verklaard

In dit rapport wordt op basis van kwantitatieve informatie nagegaan of en in welke mate aanvullende indicatoren een bijdrage leveren aan de verklaring van regionale verschillen.

Auteur(s): Ingrid Ooms, Klarita Sadiraj, Evert Pommer
ISBN/ISSN/anders: 978 90 377 0852 3

Het gebruik van voorzieningen in het sociaal domein wordt voor een belangrijk deel bepaald door het sociale en demografische risicoprofiel van de bevolking in gemeenten.

Zo zal in gemeenten met veel eenoudergezinnen doorgaans meer gebruik worden gemaakt van jeugdzorg, en in gemeenten met veel ouderen van hulp bij het huishouden.

In de Overall rapportage sociaal domein 2016 (SCP 2016) bleek dat deze risicoprofielen maar een deel konden verklaren van de regionale verschillen in het gebruik van de Participatiewet, de Wmo 2015 en de Jeugdwet. Ook nadat rekening is gehouden met deze risicoprofielen, bleken nog grote verschillen tussen regio’s te bestaan.

In eerder verschenen kwalitatief onderzoek van Platform31 is gezocht naar mogelijke andere verklaringen in culturele context (mentaliteit bevolking), economische context (economische groei/stagnatie), institutionele context (functioneren van instanties en uitvoeringsorganisaties) en fysieke context (krimp en verstedelijking). In dit rapport wordt op basis van kwantitatieve informatie nagegaan of en in welke mate deze aanvullende indicatoren een bijdrage leveren aan de verklaring van regionale verschillen.

Gebruikte databestanden