Ervaren discriminatie in Nederland II

Auteurs: Iris Andriessen, Justin Hoegen Dijkhof, Ab van der Torre, Esther van den Berg, Ine Pulles, Jurjen Iedema en Marian de Voogd-Hamelink

Ruim een kwart (27%) van de Nederlandse inwoners ervaart discriminatie. Dit is vergelijkbaar met vijf jaar geleden. Opvallend is de groei in de mate van ervaren discriminatie in het onderwijs. Het gaat hier bovendien relatief vaak om ernstige vormen van discriminatie, zoals geweld, bedreiging of seksueel lastig vallen. De gevolgen van ervaren discriminatie zijn groot: mensen kunnen zich terugtrekken uit de samenleving, het vertrouwen verliezen in instituties of afhaken als het om onderwijs of werk zoeken gaat. Een inclusieve samenleving is daarmee nog ver weg.

Verder blijkt ook dat inwoners van Nederland in vergelijking met 2013 meer discriminatie op grond van geslacht en beperking ervaren. Turkse en Marokkaanse Nederlanders ervaren juist minder discriminatie dan in 2013, maar zijn tegelijkertijd nog steeds de groepen met de hoogste percentages van ervaren discriminatie. Dit zijn de belangrijkste bevindingen van het rapport Ervaren discriminatie in Nederland II dat op 2 april verschijnt. Het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft dit onderzoek verricht op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar de mate waarin inwoners van Nederland discriminatie zelf ervaren.

Over het onderzoek

Het onderzoek is gebaseerd op een vragenlijst die door 8.536 mensen is ingevuld. In de vragenlijst is voor concrete voorvallen nagegaan of men discriminatie heeft ervaren. De voorvallen hadden betrekking op: de (semi)publieke ruimte, uitgaan, contact met instanties, werk zoeken, arbeidsvoorwaarden, de werkvloer en het onderwijs. Er is gevraagd naar verschillende uitingen: van schelden en pesten tot ongelijke behandeling, bedreiging en geweld. De respondenten konden ook aangeven dat zij twijfelden of er sprake was van discriminatie. In de cijfers die in dit persbericht genoemd worden zijn de mensen die twijfelen over de discriminatoire aard van een voorval buiten beschouwing gelaten. Wanneer zij wel betrokken worden dan wordt dit expliciet vermeld.

Rectificatie

Helaas blijken er in 2 tabellen in H4 typefouten te zitten. Het gaat om

  • Tabel 4.2 op de derde rij: de getallen 30 33 47 moeten zijn: 30 33 37
  • Tabel 4.10 Discriminatie ergens gemeld. Hier staat 15, dat moet 11 zijn.
  • Nergens gemeld (zelfde tabel) daar staat 85, maar dat moet dan 89 zijn.
  • In de titel staat n=1630, maar dat moet zijn n=2180

Gebruikte bestanden

Ervaren discriminatie: ED 2013, 2018

EnquĂȘte beroepsbevolking (EBB) - CBS

Stelsel van sociaal-statistische bestanden (SSB) - CBS