De Nederlandse werkvloer is de afgelopen tien jaar duidelijk diverser geworden: steeds vaker werken mensen met collega’s met een andere herkomst dan zijzelf. Toch blijkt uit nieuw onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat werknemers met een migratieachtergrond nog vaak uitsluiting en ongelijke kansen ervaren.
Belangrijkste uitkomsten:
- Meer diversiteit leidt niet automatisch tot meer inclusie
De werkvloer in Nederland is de afgelopen tien jaar diverser geworden. Tegelijkertijd ervaren werknemers met een migratieachtergrond in diverse organisaties vaker uitsluiting dan werknemers met een migratieachtergrond in homogene organisaties. Diversiteit alleen leidt dus niet vanzelf tot inclusie. - Uitsluiting en achterstelling blijft vaak onzichtbaar
Werknemers met een migratieachtergrond ervaren dat subtiele vormen van uitsluiting en achterstelling moeilijk bespreekbaar zijn. Voor leidinggevenden is er dan ook een belangrijke rol weg gelegd: door signalen serieus te nemen, actief ruimte te maken voor gesprekken en procedures eerlijk te evalueren, kunnen zij bijdragen aan een inclusieve werkcultuur. - Inclusie steeds belangrijker in tijden van krapte
In een arbeidsmarkt met personeelstekorten kunnen verschillen in inclusie van invloed zijn op het behoud en de ervaring van werknemers. Eerder onderzoek laat zien dat beleid van organisaties zich vaak richt op instroom, terwijl werkenden met een migratieachtergrond ook regelmatig uitsluiting ervaren binnen de organisatie en minder doorgroeimogelijkheden hebben dan anderen.
Wat dit betekent
Diversiteit leidt dus niet vanzelf tot inclusie. Actief beleid blijft nodig om uitsluiting tegen te gaan en een veilige werkomgeving te creëren. Dit is niet alleen belangrijk voor gelijke kansen, maar ook voor organisaties zelf: inclusieve werkgevers zijn beter in staat personeel te behouden, ziekteverzuim te beperken en de kracht van diversiteit te benutten.
Beeld: © SCP