De sociale staat van Nederland 2017

In De sociale staat van Nederland (SSN) – een rapport dat elke twee jaar verschijnt – beschrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau sinds 2001 hoe het gaat met de Nederlandse bevolking en welke ontwikkelingen er zijn in de tijd.

Auteur(s): Rob Bijl, Jeroen Boelhouwer en Annemarie Wennekers.
ISBN/ISSN/anders: 9789037708479.

Deze negende editie kijkt 25 jaar terug en beschrijft welke maatschappelijke ontwikkelingen zich sinds 1990 hebben voorgedaan in de welvaart en de leefsituatie van de Nederlanders. En hoe keken burgers toen en nu aan tegen hun leven en de sociale staat van het land? Door de blik wat verder terug te laten gaan dan de gebruikelijke tien jaar kunnen we bekijken of het Nederland van nu erg veranderd is ten opzichte van het Nederland in de jaren negentig van de vorige eeuw.

Centraal staat een beschrijving van belangrijke levensgebieden en maatschappelijke terreinen: publieke opinie, onderwijs, inkomen en werk, gezondheid en zorg, maatschappelijke en politieke participatie en betrokkenheid, vrijetijdsbesteding, sociale veiligheid en wonen en omgeving. Door deze uiteenlopende thema's in samenhang te beschrijven, door ze te plaatsen in de context van economische en demografische ontwikkelingen in onze samenleving en door de trends in de tijd weer te geven ontstaat een beeld van de leefsituatie van de Nederlandse bevolking. In een aantal gevallen wordt ook beschreven hoe Nederland presteert in vergelijking met andere Europese landen.

In de beschrijving van de leefsituatie wordt aandacht besteed aan sociale verschillen. De mogelijkheden, kansen en voorkeuren die mensen hebben voor de inrichting van hun leven verschillen immers en zijn gerelateerd aan onder andere hun leeftijd, geslacht, gezondheid, etnische herkomst en financiële positie. Ook de hulpbronnen die mensen hebben (opleiding, inkomen, arbeid en gezondheid) zijn van belang en komen aan bod in deze SSN. Daarnaast schenken we in deze SSN wat meer aandacht aan de vaardigheden die niet uitgaan van wat mensen hebben, maar van wat ze (ermee) kunnen. Voorbeelden zijn sociale en digitale vaardigheden. In het meest recente Sociaal en Cultureel Rapport is deze verschuiving omschreven als een verschuiving van haves en havenots naar cans en cannots. De eisen die de huidige samenleving stelt zijn anders dan die de samenleving in 1990 stelde. Welke rol spelen deze vaardigheden in de leefsituatie van Nederlanders?

Gebruikte databestanden